Maar eerst rijd je vanuit
Jasper de Yellowhead pas op. Grappig
feitje; er zijn slechts drie passen (dus Oost-West verbindingen) voor autos
door de Canadian rockies, en dit is
er dus één. En al jaren in gebruik; vroeger ging de postkoets hier overheen. De
Yellowhead pas bevindt zich als snel
na Jasper; je verlaat hier Alberta en gaat British Columbia binnen. Daarmee
gaat ook de klok een uurtje achteruit, want je gaat van Mountain time (Nederland -8 uur) naar Pacific (-9 uur).
Net na de Yellowhead pas hadden we weer Wildlife bingo. Dit is echt een
bijzondere reis, want we zien elke keer ander wildleven, zelden iets twee keer
of meer. Dit keer konden we de Moose
(Canadese Eland) van ons bingo-formulier afstrepen. En hoe passend; de Moose stond naast de Moose rivier net voor Moose lake. Weer hadden we hier een dier
dat rustig stond te eten en zich niet stoorde aan het observeren en
fotograferen.
Vervolgens kwamen we
voorbij Mount Robson, de hoogste
Canedese berg in de Rockies (3954 meter). Niet de hoogste Canadese berg, want
de top 18 Candese bergen liggen allemaal in het Saint Elias gebergte in Yukon,
tegen Alaska. Helaas zat Mount Robson
vandaag letterlijk in de wolken.
Tegen 10 uur “nieuwe”
tijd (11 uur Alberta tijd) maakten we
een fruit-snack stop bij de Rearguard
falls. Een indrukwekkende waterval, niet vanwege z’n hoogte, maar met name
door de hoeveelheid water en de kracht waarmee het gepaard gaat. Grappig
feitje; dit is de verste plek waar de zalm komt vanaf zee.
Daarna volgde vooral veel
kilometers maken. We maakten een lunchstop langs de Thompson rivier. Vanaf het stadje Kamloops namen we de weg westwaarts
tot in het plaatsje Cache Creek. Na
twee dagen stadscamping en vier dagen natuurcamping, vonden we hier weer wat
nieuws; de Hat Creek Ranch. www.hatcreekranch.ca. We camperen hier op een echte historische ranch uit
1860. Ooit een tussenstop met herberg en faciliteiten voor de Cariboo Wagon road, de koets-lijn in
British Columbia. Ik keek met de enthousiaste kids al even rond. Behalve oude
gebouwen uit een echte Western-film, zijn hier dieren, een stromend riviertje
en een plek met een verzameling indianen-woningen, van de beroemde Teepee tot een “Kekuli Pit House”, een woning half onder de grond. De
campeerplekjes zijn hier klein, maar het is zowiezo een kleinschalige camping.
En we staan met onze camper tegen het veld waar de paarden staan, dus wat wil
je nog meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten