De weersvoorspelling voor
donderdag was met uitzondering van de ochtend niet zo goed. Op aanraden van een
Ranger besloten we een game-drive te maken naar Maligne Lake, een weg die bekend staat
om het vele wild langs de weg.
We reden voorbij de Maligne Canyon, waar we gisteren hadden
gewandeld, en kwamen eerst voorbij Medicine
Lake. We hadden geluk dat het nog perfect weer was; compleet windstil. Het
plaatje was daardoor onvergetelijk; de bergtoppen werden prachtig gereflecteerd
in het blauwe gletsjermeertje.
Na Medicine Lake volgde het onverwachte hoogtepunt van de dag en iets
waar we lang op gehoopt hadden. Langs de weg zat een zwarte beer op z’n gemak
besjes te eten. We stopten de camper en konden veilig in onze wagen op slechts
een paar meter afstand de beer bekijken en volgen, die rustig en geconcentreerd
van struik naar struik ging. En die zich blijkbaar prima op z’n gemak voelde,
getuige dat hij op een gegeven moment lekker ontspannen stond te urineren...
Wow, dat is echt alles
wat je maar kan wensen als je hier rondrijdt. Tevreden bereikten we het mooie Maligne Lake, wat maar liefst meer dan
20km lang is en daarmee het grootste bergmeer van Canada is. De weg eindigt
hier, dus je moet dezelfde weg weer terug. De wind was inmiddels opgestoken,
dus de prachtige spiegelingen in Medicine Lake waren voorbij. Maar tussen Maligne Canyon en Jasper kregen we weer
twee verassingen. Eerst zagen we een Coyotte (of een wolf, maar ik houd het op
een Coyotte) rustig in het gras liggen. Hier moest wel wat telelens-werk aan te
pas komen, maar het beest was toch duidelijk zichtbaar. Even verderop stonden
twee vrouwtjes Caribou rustig te grazen (Caribou of Elk – wederom ik ben geen
kenner, dus weet niet exact het verschil). Hier konden we weer dichtbij komen;
ongeloofelijk dat de beesten ontspannen bleven dooreten en zich niet aan ons
stoorden. Zo begint het bingo-formuliertje met betrekking tot de Canadese
dieren aardig vol te lopen deze vakantie.
We reden voor het eerst
het stadje Jasper binnen om boodschappen te doen en te tanken. We besloten
lekker te lunchen bij de Chinees. Verder stond er een mijnwerkerstreintje en
een oude locomotief; altijd aantrekkelijk voor kids.
Omdat je toch je hele
boeltje met je meeneemt en niets moet opbouwen of afbreken, hadden we deze dag
voor de afwisseling een andere camping geboekt in de buurt van Jasper. Wabasso
campground ligt iets verder van het stadje richting de Columbia Icefields. We reden naar de camping door eerst de Icefield Parkway te nemen tot de
machtige en donderende Athabasca Falls,
een enorme waterval. Daar namen we de 93a,
een kleine verwaardloosde weg, maar rustig en prachtig gelegen tussen de
bossen, terug richting Jasper. Wabasso
ligt aan deze weg halverwege tussen Athabasca
Falls en het stadje. Het is uiteraard rustiger en veel kleiner dan Whistlers. Je hebt alleen geen douches,
maar we hebben toch een eigen kleine douche in de camper. Onze sta-plek is
enorm groot met grotendeels vrij bos-uitzicht.
Het weer was toch
meegevallen; we hadden slechts een enkel buitje. Toch besloten we simpelweg
pasta te eten als afwisseling; wel werd er een campvuur gemaakt. We besloten de
avond met een potje jeu de boule bij het kampvuur. Jawel de ultieme camping-ervaring.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten