Erg grappig is dat ze altijd hetzelfde plekje neemt om zich te verstoppen. Zonder uitzondering. Als ik ’s avonds binnen kom, dan kruipt ze onder het kleine bureautje in de keuken. En moet ik haar dus zoeken.
Als ik uiteindelijk na “lang” zoeken onder het bureautje kijkt, dan komt ze niet meer bij van het lachen. En wilt ze het meteen nog een keer doen, waarbij ze gewoon op hetzelfde plekje blijft zitten. Tja, zo is haar vinden dus niet moeilijk.
Boven heeft ze een beter plekje gevonden; ze zit altijd in onze inloopkast, achter de jassen. Een goed plekje, want op een meter afstand kan je haar niet zien. Maar toch weet je dat ze er zit, want ze zit daar altijd!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten